grolloo blues village
Grolloo, Drente, is Blues
Village sinds Harry Muskee er in de jaren zeventig kwam te wonen. Het eerste
Holland International Blues Festival dat afgelopen vrijdag en zaterdag 3 en 4 juni werd
gehouden is te zijner gedachtenis. Tienduizend man opelkaargepakt midden in het
dorp rond een megatent en een paar tafels en stoeltjes (honderd stoeltjes voor
tienduizend man, dat was lachen: wie
eenmaal een stoeltje had bemachtigd ging daar niet meer van af, het blijven
bejaarden die bluesliefhebbers). Verder een batterij vreettenten en wat bierkramen.
Het terrein is duidelijk te klein voor zoveel mensen, wie wil zitten of
ademhalen moet dat buiten het hek doen, in het dorp dat de bezoekers graag ziet
komen, de prijzen zijn er naar. Anderzijds is de plaatselijke dorpskruidenier tijdens
het festival 24 uur per dag open, dat dan weer wel, een aandoenlijk detail.
Ondertussen alle dagen vijfentwintig graden, met de fiets
van het kampeerterrein in de bossen naar het dorp, een half uur verderop. Prachtig
concert meegemaakt van Beth Hart, vrijdagavond. Wat een stem, wat een vrouw. Een
echt podiumbeest, ik ben een groot fan van haar. Ze moet meestal op gang komen, ook deze keer weer, maar na twee, drie
nummers voelt ze zich goed, maakt contact met het publiek, flapt er weer van
alles uit, scheldt in het rond, lacht zich te barsten en zingt fenomenaal
prachtig the blues. Onvergetelijk zijn de prachtige uitvoeringen van I’d rather go blind en van My California, een nummer van haar
gelijknamige album uit 2010, ik had het niet eerder live van haar gehoord. Ze
speelde het solo, de band kwam daarna terug voor het slotapplaus. Een ontroerend mooie toegift, vond ze zelf ook.
Gek mens die Hart en een waanzinnig goeie bluesmuzikant.
Ana Popovic was er eerder die vrijdag, ook een dame met veel
verschijning en veel blues. Daarna Juuls Holland met orkest, allemaal prima,
maar daarvoor ga je niet met z’n tienduizenden naar Grolloo. Zaterdag kwam JJ
Grey langs, ik zag er naar uit, had hem vorig jaar gezien op Harvest Blues in
Fredericton, aan de oostkust van Canada. Misschien was bij mij de verrassing er
af, of was er iets met zijn stem, ik vond het een wat teleurstellend en vlak
optreden. Op Harvest vorig jaar had hij er duidelijk zin in, nu leek hij
nerveus, of zoiets, timide, vond het merkwaardig. Hoop op een beter terugzien,
ergens.
Supersonic Blues Machine noemen ze zich, gitarist Lance
Lopez uit Texas, drummer Kenny Aronoff uit Indiana en producer en bassist
Fabrizio Grossi uit California, ze zijn sinds 2012 een band, als het zo
uitkomt. Daarnaast hebben ze een
telefoonlijst met bevriende muzikanten zo dik als de telefoongids van LA. Ze hadden
twee grote namen uit het blues en rockcircuit naar Grolloo meegenomen: de immer
heftig bluesjankende gitarist en harmonicaspeler Walter Trout (hij kan twee
nummers aan, dan moet hij aan de zuurstof) en Billy F. ‘brown tone’ Gibbons,
een van de twee baarden van ZZtop, goed voor een stevig potje Amerikaanse bluesrock.
Warren Haynes speelt ook vaak met ze mee, die was onlangs nog met Gov't Mule op
Moulin Blues. Walter Trout bracht met de band een emotioneel eerbetoon aan, wie
anders, BB King, en de tent ontplofte bij de opkomst van Billy ‘brown tone’ Gibbons
op de klanken van La Grange, de
alltime hit van ZZtop en binnenkort, volgens de heren, wie weet, het volkslied
van Texas. Aanstekelijke bluesrock, ik verwachtte een Texaans uurtje in de
hitte van Drente, het werden twee nummers, na een flink kwartier was het klaar.
Trout is eind van het jaar terug in Nederland, Gibbons ZZtop is al eind deze
maand in Amsterdam (HMH). Overigens verdienen veel Amerikaanse bluesartiesten
hun brood in Europa, het is niet alleen uit liefde voor de muziek dat ze hier
zo vaak komen opdraven, zelfs voor een enkel optreden van een uur, of korter.
Trout en Gibbons kwamen voor twee nummers elk. Maar juist zij hoeven het dan
weer niet voor het geld te doen.
Derek Trucks en Susan Tedeschi met band (elf man, inclusief
blazerssectie) klonk zaterdagavond als een intellectueel antwoord op de Texaanse
rauwdouwersrock van ZZtop cs. Technisch en muzikaal hoogstaand vakwerk. De vrouwelijke
trombonist valt op, en de zwarte dwarsfluitspeler Kofi Burbridge en ook Mike Mattison
die de zang afwisselt met Tedeschi. Muzikaal middelpunt blijft Derek Trucks,
ongetwijfeld de beste bluesgitarist van dit moment, die man kan echt alles met
zijn (slide)gitaar, zingen, janken, brullen. Alleen niet lachen, er kon
zaterdagavond bij Trucks één flauwe glimlach af, aan het eind van de toegift Angel from Montgomery, aan het ultieme
slot van de avond toen hij en z’n echtgenote Tedeschi door Bonnie Raitt op het
podium werden gehaald voor een klassieke bluesfestivaljam waar jammer genoeg
niet meer bluesgasten van het festival bij aansloten, waarschijnlijk al onderweg
naar het vliegveld of naar bed. Trucks pakte daar nog één keer uit in een prachtige
solo. De andere muzikanten deden ook allemaal hun ding maar Trucks is een klasse
apart.
Ik zag Bonnie Raitt in Grolloo voor het eerst live. Zoals ze
op het podium staat, spreekt, lacht en zingt ze als de koningin van de muziek.
Niet eens van the blues, want wie daar de koningin van is moet BB King naar de
kroon kunnen steken, ik zou niet weten wie daarvoor in aanmerking komt. Raitt kent
elke noot, deelt beurten uit, lacht, bepaalt, beslist. Ze weet van het hele
optreden precies het hoe, wat, waar en wanneer. Deelt complimenten uit, dankt
haar bandleden uitvoerig, Mike Finnigan, toetsenist en zanger, meestergitarist George
Marinelli, al 25 jaar begeleider van Raitt en Ricky Fataar, de zuidafrikaanse
drummer. Een retegoed ingespeelde band, technisch perfect onder strakke regie
van Raitt. De spanning van het onverwachte kwam pas bij de toegift, een
prachtige Angel from Montgomery samen
met Tedeschi en Trucks (die van haar mocht wegblijven, zei Raitt eerder, het
ging haar om Susan, nee, geintje, kwam er achteraan). Een mooi afscheid van een
geslaagd festival dat de komende vijf jaar begin juni Grolloo zal aandoen. De bewoners
vinden het best, er valt een hoop te verdienen aan de bluesbejaarden uit het
westen. De boer die zeven hectare van zijn weidegrond aan de
festivalorganisatie heeft verhuurd als parkeerplaats, voor de komende vijf jaar,
zag ik gisteren zeer tevreden rondlopen. Met zijn vrouw, die in de boerderij een
winkeltje heeft en fietsen verhuurt. Kom maar op zeggen ze, neem vooral je
portemonnee mee. Eerst maar eens de line up van volgend jaar afwachten, 9 en 10
juni 2017. Eric Clapton? Joe Bonamassa? Kenny Wayne Sheperd? Voor minder gaan
we niet.
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage