woensdag 16 mei 2018

Beth Hart in Parijs


 Beth Hart in Palais des Congres, Parijs
Beth Hart is in de heer. Ik dacht dat ze een grap maakte maar ze meende het echt. Ze heeft de klassieke weg afgelegd, via softdrugs, harddrugs, en weer terug, om vervolgens in een zware alcoholverslaving terecht te komen, waar we bij haar optreden tijdens NorthSea jazz een paar jaar terug, nog een staartje van hebben meegekregen. Inmiddels is ze naar eigen zeggen drie en een half jaar van de drank af, het Parijse publiek in het Palais des Congres had er een warm applaus voor over.
eigen foto's, met een sony cameraatje. klikken voor grotere afbeelding.
Wat god precies met haar doet weet ik niet, ik hou mijn hart vast. Bob Dylan hield het een paar jaar en een stuk of wat albums vol, ik hoop dat Beth Hart haar god vooral privé bezingt en zich verder bezighoudt met waar ze erg goed in is, het zingen van haar eigen prachtige blues ballads en stevige blues rock nummers. In Parijs was dat zeker zo: Beth Hart was godzijdank (sorry) gewoon Beth Hart, ze vloekt gelukkig nog altijd als een bootwerker, zingt haar nummers, roept, schreeuwt, fluistert, alles even muzikaal en prachtig gespeeld en gezongen en ondertussen is ze nog even hysterisch, maar een stuk minder chaotisch dan bij haar debuut op NorthSea Jazz, in 2015. 
Mijn keus om haar in Parijs te zien pakte volgens mij goed uit. Behalve een mooi excuus om een paar dagen in die stad te zijn, waar ik erg graag kom, had ik het idee dat een optreden van haar voor een zaal met vier duizend man te verkiezen is boven dat gigantische Ziggo Dome, dat met zeventienduizend toeschouwers domweg veel te groot is voor Beth Hart en een band van drie man.
Beth Hart moet contact kunnen maken met haar publiek, en andersom ook. Ze loopt, danst, rent het hele podium over, zoekt de zijkanten op, gaat midvoor op de rand zitten, bijna op schoot bij de eerste rij.

Hoe dat in Amsterdam ging weet ik niet, volgens de recensenten was ze onder de indruk, ze had, zei ze, nog nooit in zo’n grote zaal gestaan. In het Palais des Congres zei ze ongeveer het omgekeerde; ze voelde zich onmiddellijk op haar gemak, geen zenuwen, geen stress, geen angst, ze voelde zich rustig en helemaal oké, zei ze. En vervolgens begon ze haar verhaal over god, dat dan weer wel. 
Enfin, dat Beth Hart een onmogelijk mens is om mee samen te leven of überhaupt in de buurt te hebben, geloof ik meteen. Ze was, zoals ze zelf zei, door haar drankverslaving een verschrikkelijk en onmogelijk kutwijf geworden, vooral voor haar echtgenoot, haar begeleidingsband en haar moeder, zei ze, maar ook voor haar publiek. Ze dacht bij elk optreden niet aan muziek, ze was alleen met drank bezig, en of daar genoeg van in de buurt was. Dat laatste zag ik haar in Rotterdam inderdaad veel doen, ik dacht dat het de zenuwen waren, het bleek dus een zware verslaving. 
Het dubbele is natuurlijk dat Hart over al die shit vervolgens prachtige nummers schrijft en die ook prachtig uitvoert. Met een uitstekende begeleidingsband, die deze hele tour meegaat:  Gitarist Jon Nichols, best goed maar, flauw natuurlijk, geen Joe Bonamassa; Bob Marinelli op bas, je hoort hem wel maar ziet hem niet, een eigenschap van veel goeie bassisten; en Bill Ransom, een retegoeie, felle, strakke drummer. 
Mevrouw Hart liet haar echtgenoot, tevens bandmanager Scott Guetzkov ditmaal in de coulissen. Ze bleef op de been, hoefde haar schoenen niet uit te trekken, had uiteraard geen drank nodig, en ook geen andere morele steun, ze kon het, dankzij de liefde die ze van god krijgt, allemaal prima zelf, daar in Parijs, samen met haar bandleden. Wie haar wil zien moet wachten tot eind oktober, dan komt ze voor één solo optreden naar Tivoli, Utrecht. Wees er snel bij, de kaartverkoop begint morgen en is in geen tijd uitverkocht.



0 reacties:

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage