dinsdag 12 juli 2016

NorthSeaJazz 2016

Wat moet een bluesjongen uit New York met de Britse muziek van the Yardbirds, Cream, Led Zeppelin? Joe Bonamassa is er mee opgegroeid zegt hij, de Britse blues waren harder, beter en cooler voor een jonge gast in de jaren tachtig dan de Amerikaanse blues in die tijd. De bluesmuziek van Jeff Beck, Jimmy Page en Eric Clapton legde volgens Bonamassa het fundament voor zijn eigen carriere, zonder de muziek van die gasten was hij er nooit aan begonnen. Een goed verhaal en niet helemaal waar, zoals dat hoort bij goeie verhalen, in elk geval een mooie aanleiding om een setlist samen te stellen met het favoriete werk van deze grootheden uit de alternatieve popscene in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw.

                                      Joe Bonamassa, NSJ 2016 (foto BluesMagazine)

Daarvoor heeft Bonamassa, een van de allerbeste bluesgitaristen van dit moment (Derek Trucks is de andere, zag hem vorige maand in Grolloo, of all places) een stel zeer ervaren ouwe rotten bluesmuzikanten mee op tournee genomen. Reese Wynans speelt keyboards, Anton Fig drums, Michael Rhodes basgitaar en de enige jonge gast Russ Irwin speelt keyboard, gitaar en zingt soms met Bonamassa mee. Een prachtig stel onwaarschijnlijk goeie muzikanten en voor mij de reden om ook op zondag naar NorthSeaJazz te gaan. Het Ahoycomplex is dan altijd veel te vol, ik word er traditiegetrouw chagrijnig van en angstig, tussen al dat vretende volk opeengepakt op zoek naar anderhalve meter ruimte om maar niet onder de voet te worden gelopen want de beuken en elleboogstoten links en rechts zijn sowieso niet te vermijden. Maar als Joe Bonamassa op twee kilometer van mijn huis zijn British Blues Explosion programma komt spelen kan ik niet thuisblijven..
   
Michael Rhodes (bass) & Joe Bonamassa NSJ 2016 (foto Blues Magazine)

Ik was er redelijk vroeg bij, in de Nijl, de expo en sportzaal van Ahoy, en had een goed beeld, goed geluid en heb genoten van een prachtig concert met Beck’s Bolero als openingsnummer en Motherless Children van Clapton als hoogtepunt (en SWLABR van Cream). Puur genieten van desolaat scheurende blues, vijf kwartier heeft het mogen duren, de standaardtijd bij NSJ. Toegiften zijn niet toegestaan, behalve als je Earth Wind & Fire heet en op zaterdagnacht de laatste act bent (ook dat was trouwens genieten, een feest van herkenning). En ook Mr Sipp ging over zijn toegestane tijd, uiteraard zou ik zeggen, die jongen laat zich niet makkelijk van het podium slaan. Ik ken hem van het grote podium van Moulin Blues 2015, hier op NSJ speelde hij zondagmiddag zijn aanstekelijke blues in een hutje, voor een schare fans op Congo Square. Hij klopt nadrukkelijk op de deur, volgend jaar misschien al, anders iets later, staat mr Sipp  in een eigen zaal. Wel een zonder stoelen want er moet gedanst worden en Mr Sipp moet zijn bad in het publiek kunnen nemen, vast onderdeel van zijn show, hij kan geen optreden zonder.

                                         Mr Sipp NSJ 2016 (foto Blues Magazine)

Blij dat ik hem heb kunnen zien, net als de Amerikaanse blueslegende Walter Trout, hier samen met zijn zoon Jon, ik kon gelukkig het laatste half uur van hun bluesconcert meemaken in de in eerste instantie stampvol overladen Amazonzaal.

                                  Walter en Jon Trout NSJ 2016 (foto Blues Magazine)

Maar al dat volk, dat voor het vreten komt, de champagne en de oesters en voor ‘bekende’ gasten als Candy Dulfer en Simply Red (allebei niet te harden) heeft de gewoonte om binnen een kwartier weer massaal op te stappen. Zeker als de muziek te uitgesproken, te expliciet is; dat gebeurde ook zaterdag tijdens het optreden van het Branford Marsalis Quartet met de fenomenale jazz zanger Kurt Elling, een werkelijk schitterende combinatie en een prachtig mooi uniek jazzconcert. Dat na een kwartier dus ruw werd onderbroken door het gestommel en gedoe van opstappende toeschouwers die het alweer zat waren. Ja, dat hoort erbij, ik weet het, northseajazz staat erom bekend, de ervaren muzikanten houden er al rekening mee. Maar dat maakt het niet minder irritant.

                                      Branford Marsalis Quartet met Kurt Elling NSJ 2016

Enfin, ik klaag niet, het was een mooi weekend met prachtige blues van Joe Bonamassa, Mr Sipp en Trout, en hier en daar wat live topveertig werk uit de jaren zeventig en tachtig: Level42 (jazeker, en het klonk niet eens slecht) en Earth Wind & Fire dus, energiek, als nieuw.


Heb dus veel moois gezien, en heel veel niet, het uitgebreide programma van een van de grootste festivals van Europa dwingt je keuzes te maken, ook door de enorme toeloop; als je niet op tijd in een rij staat ergens kom je er niet meer in, of pas heel laat. Zag daarom bijvoorbeeld maar een klein deel van een ontketent en onherkenbaar energiek St Germain, dat een stel retegoeie Afrikaanse muzikanten had meegenomen.
                                        St Germain NSJ 2016 (foto Blues Magazine)
Alle bekende nummers van het album Tourist, als Rose Rouge, natuurlijk, en So Flute en meer van dat werk uit de jaren negentig klonk als nieuw, fris gemaakt door de zevenkoppige Afrikaanse band, met monsieur Navarre, Mr StGermain, daarachter, rustig, staand achter zijn computer waarin hij alle zangpartijen en digitaal orkestwerk heeft opgeslagen. Het lukte hem als een van de weinigen om het publiek in de Maas (feitelijk de grote zaal van Ahoy) tot het einde er bij te houden; stampend enthousiast, de volle vijf kwartier. Een kunst op zich.

Walter Trout NSJ 2016 (foto Blues Magazine)