vrijdag 17 juni 2016

cw stoneking in haarlem


cw stoneking, uitvinder van de jungle blues, was weer in nederland, een paar dagen maar, zag hem gisteravond in het patronaat in haarlem. ik ben een fan van hem dus als hij enigzins in de buurt een concert geeft ga ik er heen. er gaat niets boven zijn muziek live te horen spelen, zijn karakteristieke stem te horen (via de radio hield ik hem aanvankelijk voor een oude bluesmuzikant uit new orleans, maar stoneking is van 1974) zijn presentatie, zijn ietwat onaangepast gedrag (het is wel een australiër, daar kan het ook aan liggen) zijn humor en zijn  aanstekelijke jungle blues muziek.

 

bij zijn vorige tour had hij een bescheiden band meegenomen waarbij de blazers waren vervangen door twee achtergrondzangeresjes; dit keer heeft hij drie jonge meiden bij zich die èn de backup vocals doen èn hem begeleiden op bas, drum en, jawel, bassaxofoon, bijkans groter dan het meisje zelf. ze doet het zo te zien en te horen ook nog niet zo heel erg lang, dat geldt ook voor de bassiste die stijf van de zenuwen keurig de baspartij plukt, blij dat ze geen al te grote fouten maakt. dan blijkt  de jungle blues van stoneking nog behoorlijk ingewikkeld. dat hoor je vooral als de samenwerking een beetje schuurt, verwarring over hoe een nummer begint en eindigt, dat soort dingen, geen groot probleem hoewel het soms pijn doet: de houterige begeleiding van de dames deden de klassiekers I hear the marchin of the drum en brave son of America  klinken als slecht uitgevoerde covers. maar dan doe ik stoneking en vooral de drumster te kort, die was echt okè. brutaal en diendend als het moet, een meid met flair en uitstraling. stoneking staat daar dan toch een beetje bij als de favoriete docent tussen de mooiste meisjes uit de eindexamenklas. enfin, verder prima optreden, veel nummers van zijn laatste album gon’boogaloo met het gelijknamige we gon boogaloo als stevige uitsmijter, een fantastisch swingend nummer waarbij stoneking voor het eerst even los ging op z’n gitaar.  

geen akoustische versie van jailhouse blues, helaas, maar dat nummer hadden we in het voorprogramma al gehoord, als cover; ook daar drie vrouwen, ze noemen zich the mournin’ glories, driestemmige country, folk en blues op wastobbe bas, ukelele, banjo en klarinet. voertaal is amerikaans, hun woonplaats rotterdam, althans van een van hen, ze komen uit frankrijk, canada en ‘mississippi’ en niet: ‘de vs’ – dat maakt de verbinding met de blues makkelijker. ze spelen covers en een paar eigen nummers, oude folk en mississippi blues uit begin vorige eeuw en eerder, eigen bewerkingen voor drie vrouwenstemmen. ze waren bloednerveus, spelen nog niet zo heel lang samen, hebben net een website laten bouwen en hun eerste twitter verstuurd, kortom, zijn duidelijk nog ‘in ontwikkeling’.
dat ‘mournin’ komt naar eigen zeggen door mislukte, afgebroken en opgezegde relaties en een zelfmoord van de nederlandse vriend van een van hen. tamelijk heftig allemaal maar inmiddels kunnen ze het zo te zien wel aan, het inspireert ze tot het schrijven van murderballads (‘hoewel het slachtoffer en onderwerp van mijn doodswens nog leeft, tenminste voor zover ik weet’ aldus een van hen). de vrouwen blijven er vrolijk onder, ik vond ze leuk. en ze hebben een goeie stem, dat scheelt ook. ze moeten het voor een groot deel nog van hun act hebben maar als doorgaan breken ze ongetwijfeld op een dag door, in het circuit.

                              stoneking vervangt een gebroken e-snaar ('bastard') na het eerste nummer





 

maandag 13 juni 2016

Frank Gehry in Parijs

Van de Canadese architect Frank Gehry (1929) zag ik werk in Chicago (Jay Pritzker Pavilion in het Millennium Park), Seattle (Experience Music Project) en in Bilbao (Guggenheim). Ik ben een fan van hem en reisde daarom afgelopen weekend naar het Bois de Boulogne bij Parijs voor een bezoek aan het Fondation Louis Vuitton, een ontwerp van Gehry uit 2014. Wat hij zelf doet en wat overlaat aan zijn kantoor weet ik niet, de man is al ver over de negentig, maar ondanks de overal terugkerende zeer herkenbare elementen blijven zijn gebouwen opmerkelijk en spannend. Van buiten en van binnen, in een gebouw van Gehry loop ik graag rond. Al zal ik om het FLV in originele staat te zien een andere keer moeten terugkomen, de enorme kleurvlakken zijn het werk van de Franse kunstenaar Daniel Buren die in opdracht van het FLV 'een dialoog aanging met het werk van Gehry '. Binnen een expositie van Chinese kunstenaars. Die hebben humor, dat was me al eerder opgevallen.

 

 



























zondag 5 juni 2016

grolloo blues village

Grolloo, Drente, is Blues Village sinds Harry Muskee er in de jaren zeventig kwam te wonen. Het eerste Holland International Blues Festival dat afgelopen vrijdag en zaterdag 3 en 4 juni werd gehouden is te zijner gedachtenis. Tienduizend man opelkaargepakt midden in het dorp rond een megatent en een paar tafels en stoeltjes (honderd stoeltjes voor tienduizend man, dat was lachen:  wie eenmaal een stoeltje had bemachtigd ging daar niet meer van af, het blijven bejaarden die bluesliefhebbers). Verder een batterij vreettenten en wat bierkramen. Het terrein is duidelijk te klein voor zoveel mensen, wie wil zitten of ademhalen moet dat buiten het hek doen, in het dorp dat de bezoekers graag ziet komen, de prijzen zijn er naar. Anderzijds is de plaatselijke dorpskruidenier tijdens het festival 24 uur per dag open, dat dan weer wel, een aandoenlijk detail.

Ondertussen alle dagen vijfentwintig graden, met de fiets van het kampeerterrein in de bossen naar het dorp, een half uur verderop. Prachtig concert meegemaakt van Beth Hart, vrijdagavond. Wat een stem, wat een vrouw. Een echt podiumbeest, ik ben een groot fan van haar. Ze moet meestal op gang  komen, ook deze keer weer, maar na twee, drie nummers voelt ze zich goed, maakt contact met het publiek, flapt er weer van alles uit, scheldt in het rond, lacht zich te barsten en zingt fenomenaal prachtig the blues. Onvergetelijk zijn de prachtige uitvoeringen van I’d rather go blind en van My California, een nummer van haar gelijknamige album uit 2010, ik had het niet eerder live van haar gehoord. Ze speelde het solo, de band kwam daarna terug voor het slotapplaus. Een  ontroerend mooie toegift, vond ze zelf ook. Gek mens die Hart en een waanzinnig goeie bluesmuzikant.
Ana Popovic was er eerder die vrijdag, ook een dame met veel verschijning en veel blues. Daarna Juuls Holland met orkest, allemaal prima, maar daarvoor ga je niet met z’n tienduizenden naar Grolloo. Zaterdag kwam JJ Grey langs, ik zag er naar uit, had hem vorig jaar gezien op Harvest Blues in Fredericton, aan de oostkust van Canada. Misschien was bij mij de verrassing er af, of was er iets met zijn stem, ik vond het een wat teleurstellend en vlak optreden. Op Harvest vorig jaar had hij er duidelijk zin in, nu leek hij nerveus, of zoiets, timide, vond het merkwaardig. Hoop op een beter terugzien, ergens.

Supersonic Blues Machine noemen ze zich, gitarist Lance Lopez uit Texas, drummer Kenny Aronoff uit Indiana en producer en bassist Fabrizio Grossi uit California, ze zijn sinds 2012 een band, als het zo uitkomt. Daarnaast hebben ze een telefoonlijst met bevriende muzikanten zo dik als de telefoongids van LA. Ze hadden twee grote namen uit het blues en rockcircuit naar Grolloo meegenomen: de immer heftig bluesjankende gitarist en harmonicaspeler Walter Trout (hij kan twee nummers aan, dan moet hij aan de zuurstof) en Billy F. ‘brown tone’ Gibbons, een van de twee baarden van ZZtop, goed voor een stevig potje Amerikaanse bluesrock. Warren Haynes speelt ook vaak met ze mee, die was onlangs nog met Gov't Mule op Moulin Blues. Walter Trout bracht met de band een emotioneel eerbetoon aan, wie anders, BB King, en de tent ontplofte bij de opkomst van Billy ‘brown tone’ Gibbons op de klanken van La Grange, de alltime hit van ZZtop en binnenkort, volgens de heren, wie weet, het volkslied van Texas. Aanstekelijke bluesrock, ik verwachtte een Texaans uurtje in de hitte van Drente, het werden twee nummers, na een flink kwartier was het klaar. Trout is eind van het jaar terug in Nederland, Gibbons ZZtop is al eind deze maand in Amsterdam (HMH). Overigens verdienen veel Amerikaanse bluesartiesten hun brood in Europa, het is niet alleen uit liefde voor de muziek dat ze hier zo vaak komen opdraven, zelfs voor een enkel optreden van een uur, of korter. Trout en Gibbons kwamen voor twee nummers elk. Maar juist zij hoeven het dan weer niet voor het geld te doen.
Derek Trucks en Susan Tedeschi met band (elf man, inclusief blazerssectie) klonk zaterdagavond als een intellectueel antwoord op de Texaanse rauwdouwersrock van ZZtop cs. Technisch en muzikaal hoogstaand vakwerk. De vrouwelijke trombonist valt op, en de zwarte dwarsfluitspeler Kofi Burbridge en ook Mike Mattison die de zang afwisselt met Tedeschi. Muzikaal middelpunt blijft Derek Trucks, ongetwijfeld de beste bluesgitarist van dit moment, die man kan echt alles met zijn (slide)gitaar, zingen, janken, brullen. Alleen niet lachen, er kon zaterdagavond bij Trucks één flauwe glimlach af, aan het eind van de toegift Angel from Montgomery, aan het ultieme slot van de avond toen hij en z’n echtgenote Tedeschi door Bonnie Raitt op het podium werden gehaald voor een klassieke bluesfestivaljam waar jammer genoeg niet meer bluesgasten van het festival bij aansloten, waarschijnlijk al onderweg naar het vliegveld of naar bed. Trucks pakte daar nog één keer uit in een prachtige solo. De andere muzikanten deden ook allemaal hun ding maar Trucks is een klasse apart.

Ik zag Bonnie Raitt in Grolloo voor het eerst live. Zoals ze op het podium staat, spreekt, lacht en zingt ze als de koningin van de muziek. Niet eens van the blues, want wie daar de koningin van is moet BB King naar de kroon kunnen steken, ik zou niet weten wie daarvoor in aanmerking komt. Raitt kent elke noot, deelt beurten uit, lacht, bepaalt, beslist. Ze weet van het hele optreden precies het hoe, wat, waar en wanneer. Deelt complimenten uit, dankt haar bandleden uitvoerig, Mike Finnigan, toetsenist en zanger, meestergitarist George Marinelli, al 25 jaar begeleider van Raitt en Ricky Fataar, de zuidafrikaanse drummer. Een retegoed ingespeelde band, technisch perfect onder strakke regie van Raitt. De spanning van het onverwachte kwam pas bij de toegift, een prachtige Angel from Montgomery samen met Tedeschi en Trucks (die van haar mocht wegblijven, zei Raitt eerder, het ging haar om Susan, nee, geintje, kwam er achteraan). Een mooi afscheid van een geslaagd festival dat de komende vijf jaar begin juni Grolloo zal aandoen. De bewoners vinden het best, er valt een hoop te verdienen aan de bluesbejaarden uit het westen. De boer die zeven hectare van zijn weidegrond aan de festivalorganisatie heeft verhuurd als parkeerplaats, voor de komende vijf jaar, zag ik gisteren zeer tevreden rondlopen. Met zijn vrouw, die in de boerderij een winkeltje heeft en fietsen verhuurt. Kom maar op zeggen ze, neem vooral je portemonnee mee. Eerst maar eens de line up van volgend jaar afwachten, 9 en 10 juni 2017. Eric Clapton? Joe Bonamassa? Kenny Wayne Sheperd? Voor minder gaan we niet.